Zicht op daklozen beperkt
Bernice van der Wolk van GGD Flevoland legt uit dat de cijfers slechts een beperkt beeld geven. “Wij hebben zicht op de mensen die in de opvang terechtkomen. Omdat die bijna altijd vol is, zegt het aantal opgevangen personen meer over de opvangcapaciteit dan over het daadwerkelijke aantal daklozen,” zegt ze.
Volgens Van der Wolk speelt een combinatie van factoren mee. “Niet elke gemeente heeft eigen opvang voor alleenstaanden, mensen verhuizen soms naar een andere stad of krijgen tijdelijk onderdak elders. Ook het briefadres (het adres waar iemand officiële post ontvangt maar niet daadwerkelijk woont) van daklozen in een gemeente speelt een rol bij de registratie.”
Om beter inzicht te krijgen in het werkelijke aantal daklozen, voert GGD Flevoland in het najaar van 2026 een zogenoemde Ethos-telling uit. Deze methode brengt verschillende vormen van dak- en thuisloosheid in kaart, zoals mensen op straat, in de opvang of tijdelijk bij bekenden.
Daklozen in Dronten en omgeving
In Dronten is er gezinsopvang, maar geen opvang voor alleenstaanden. Zij worden meestal opgevangen in Lelystad, waar plekken zijn voor jongeren, jonge moeders, gezinnen en volwassenen. Zeewolde valt voor opvang onder de regio Harderwijk.
Volgens Van der Wolk werkt de GGD in Dronten goed samen met de gemeente en maatschappelijke organisaties. “We trekken samen op om mensen die dakloos raken zo goed mogelijk te ondersteunen,” zegt ze.
Arbeidsmigranten en ouderen steeds vaker dakloos
Het Leger des Heils, dat in Almere en Lelystad opvang verzorgt, ziet dat het aantal daklozen stijgt. Teammanager Femke Bakker vertelt: “We krijgen meer aanvragen voor opvang. We treffen vaker mensen die in auto’s slapen of tijdelijk in kraakpanden wonen. Ook zien we meer arbeidsmigranten op straat.”
Veldt herkent dat beeld. “Het klopt dat er relatief veel arbeidsmigranten in Flevoland zijn, maar het gaat om een brede groep. Ook jongeren die uit de jeugdzorg komen en ouderen die niet meer zelfstandig kunnen wonen raken steeds vaker dakloos,” zegt hij.
De meeste opvangplekken zijn in Almere, waar het Leger des Heils ongeveer honderd mensen opvangt, inclusief begeleid wonen. Lelystad heeft negentien opvangplekken en de Noordoostpolder vijf. In totaal telt Flevoland 170 opvangplekken, meldt de GGD. In de winter worden tijdelijk extra bedden geplaatst vanwege de kou.
Oplossingen gezocht
Volgens Bakker ligt de oplossing in betere doorstroming. “Daklozen moeten door kunnen stromen naar gewone woningen, met of zonder begeleiding. Dan komen er ook weer plekken vrij.”
Veldt noemt de krappe woningmarkt een groot probleem. “Er zijn nu minder dan tweehonderd opvangplekken in heel Flevoland, terwijl we denken dat er meer dan duizend mensen zijn die daar eigenlijk gebruik van moeten kunnen maken.”