Resultaat van jarenlang onderzoek
Deze nieuwe en succesvolle manier van werken is het resultaat van jarenlang gedegen wetenschappelijk onderzoek in de acute zorg. Ambulancedienst IJsselland voerde dit onderzoek uit in samenwerking met verschillende medewerkers uit het werkveld. De uitkomsten en bevindingen hiervan hebben geleid tot de implementatie van deze werkwijze in Flevoland. Het biedt voor de betreffende patiënt een grote verbetering. Aangezien de RAV Flevoland onlangs is gestart met deze aanpak, zijn er op dit moment nog geen cijfers beschikbaar over het aantal gevallen waarin een ambulance zonder patiënt terugkeerde naar de post.
Veilige zorg en meer comfort voor de patiënt
Marc Koster legt uit: “Stel je krijgt last van stekende pijn op de borst, de klachten zakken niet af en je belt 112. De centralist stuurt een ambulance, waarna de ambulanceverpleegkundige direct verschillende onderzoeken doet. Naast het meten van de bloeddruk en hartslag wordt er een hartfilmpje gemaakt. Nieuw is dat we nu ook bloedonderzoek doen. Met een speciaal meetinstrument bepalen we of en hoeveel troponine er in het bloed zit. Troponine komt vrij bij zuurstofgebrek van de hartspier. Daarna wordt een risicoscore berekend die aangeeft of er sprake is van een acuut hartinfarct of wat het risico is op een hartinfarct binnen 30 dagen. Dit verkleint de kans op het ‘missen’ van een hartinfarct en uitstel van behandeling in het ziekenhuis.”
Koster vervolgt: “Het is fijn voor de patiënt als blijkt dat vervoer naar het ziekenhuis niet nodig is en zij thuis kunnen blijven. Dat scheelt veel stress en zorgen.”
Samenwerking in de acute zorgketen
De druk op de acute zorg neemt toe. Jaarlijks komen zo'n 2 miljoen mensen op de Spoedeisende Hulp terecht, waarvan 10% vanwege pijn op de borst. Dit aantal zal naar verwachting blijven stijgen. Van de 200.000 patiënten met pijn op de borst blijkt echter 90 tot 95% geen acuut hartinfarct te hebben. In 2024 werden in Flevoland en Gooi en Vechtstreek 5.297 patiënten met pijn op de borst naar het ziekenhuis vervoerd.
Het is de verwachting dat 30% van de patiënten in de toekomst niet meer direct naar het ziekenhuis vervoerd hoeft te worden. “Zo dragen we bij aan de beste zorg voor de patiënt, want dat is en blijft het uitgangspunt van de RAV.”